Whatsapp Facebook LinkedIn RSS feed

Hogere iepziektedruk door een langer keverseizoen: is er nog toekomst voor iepen in resistentieklasse 3?

ARTIKEL
MARKT & ACTUEEL
Facebook Linkedin Whatsapp
Ronnie Nijboer, donderdag 18 september 2025
233 sec


Geen noodzaak voor paniek, maar het onderwerp verdient wel aandacht

Na meer dan een eeuw veredelen met iepen tegen iepziekte hebben we iepziekte aardig onder controle. Klimaatverandering kan wel eens roet in het eten gooien. Vooral als het gaat om iepen in resistentieklasse 3. Er is geen noodzaak voor paniek, maar het onderwerp verdient wel aandacht en mogelijk extra beleid.

Iepziekte
Iepziekte

Pluspunt

Als grote nadeel van de iep wordt altijd iepziekte genoemd. Ik durf te zeggen dat dit eerder een pluspunt is. Mijn uitleg: iepziekte is de eerste ernstige boomziekte in Europa. De eerste golf in Nederland viel rond 1920. We hebben bij de iepziekte dus al meer dan een eeuw de tijd gehad om toe te werken naar resistentie. Dat is ons bij recentere boomziekten nog niet gelukt. Bij de kastanjebloedingsziekte en essentaksterfte staan we nog maar aan het begin van de zoektocht. Bij de iep zijn we dus vele stappen verder, waarbij het resistentieniveau van de geïntroduceerde iepencultivars steeds verder kon worden opgeschroefd. Rond 1970 kwam de veel agressievere iepziekteschimmel Ophiostoma novo-ulmi vanuit de VS naar Engeland en ook snel naar het continent. Gelukkig hadden onze iepenonderzoekers onder leiding van Hans Heybroek toen al veelbelovende rassen in de pijplijn. Bij onderzoek bleken die al behoorlijk resistent tegen die nieuwe iepziekte te zijn. Naar aanleiding van die onderzoeken werden 'Dodoens', 'Lobel' en 'Plantijn' in 1973 uitgegeven door het bosbouwproefstation De Dorschkamp. In de jaren daarna volgde een gestage stroom nieuwe introducties met een goede en zelfs hoge resistentie. Met 'Columella' als onbetwist kampioen. De verschillende klonen worden vaak in klassen ingedeeld, waarbij klasse 1 niet resistent is en klasse 5 hoog-resistent is tegen Ophiostoma novo-ulmi.


Ronnie Nijboer
Tot voor kort had ik de ervaring dat het minimaal acceptabele resistentieniveau dat van Ulmus 'Lobel' was. Deze kloon is veel gebruikt als referentiekloon in inoculatieproeven en bleek eigenlijk altijd redelijk resistent. In de praktijk wordt heus wel eens een 'Lobel' aangetast door de iepziekte, maar nooit grote aantallen. De uitval van geënte 'Lobel'-bomen door uitgestelde onverenigbaarheid is veel groter, maar dat is een ander stokpaardje mijnerzijds. Voor dat onderwerp is vandaag geen tijd.

Breda, goed gebruik van Ulmus 'New Horizon' (resistentieklasse 5) als schaduwboom
Tot voor kort had ik de ervaring dat het minimaal acceptabele resistentieniveau dat van Ulmus 'Lobel' was

Halfresistent

Iepen als Ulmus 'Lobel' noemen we tegenwoordig halfresistent. Ze vallen in resistentieklasse 3. 'Lobel' kan gerust worden geplant zonder een groot risico op uitval door iepziekte, ook in gebieden met een hoge iepziektedruk. Lees: gebieden met geen of een matige iepziektebestrijding. Dit geldt overigens met name voor gebieden met een koeler klimaat. Vergelijkbaar met dat van Nederland België, Noord- en Midden-Frankrijk en verder Duitsland en Oostenrijk. In Zuidelijk Europa voldeden De Dorschkamp-klonen veel minder. Niet voor niets hebben de Italianen in de jaren 1980 hun eigen resistentieveredelingsproject opgestart. In het hete en drogere mediterrane klimaat is de groei van de Nederlandse klonen beduidend slechter dan in het koelere thuisland.


Door klimaatverandering is ook het keverseizoen in sommige jaren al snel met een maand verlengd.

Klimaatverandering

Of we het leuk vinden of niet, klimaatverandering is een feit. In de afgelopen jaren konden we soms al in maart of april een terrasje pakken en het is niet bijzonder dat we dat in oktober ook nog geregeld doen. Het groeiseizoen wordt hierdoor aanzienlijk uitgebreid, gemiddeld met twee à drie weken in het voorjaar en twee à drie weken in het najaar. En ook het keverseizoen wordt in sommige jaren makkelijk met een maand of meer verlengd. Na het verpoppen onder de bast van de iepen (broedbomen) in de winter wachten de kevers tot de temperatuur ongeveer 20℃ is. Als deze temperatuur wordt bereikt, vliegen ze massaal uit, met ongeveer 20% voorvlucht, 60% hoofdvlucht en 20% navlucht.


Ulmus 'Fiorente' in Loosdrecht (resistentie klasse 4)

Extra kevervluchten

Het grootste risico zit hem in de hogere temperatuur in het najaar. Dan kunnen er nog extra kevervluchten plaatsvinden, waar wij in onze bestaande iepziekteprotocollen nog geen rekening mee houden. Dit kan betekenen dat er na de laatste inspectieronde in september wel degelijk nog kevervluchten kunnen zijn, die onopgemerkt een groot aantal broedbomen kunnen infecteren. Bovendien is het belangrijkste symptoom van iepziektebesmetting, bladverwelking, aan het eind van het groeiseizoen veel minder prominent aanwezig en bovendien lastiger waar te nemen omdat deze verkleuring schuil gaat in de beginnende herfstverkleuring. Het lijkt daarom de moeite waard om de komende jaren te experimenteren met een extra inspectieronde, begin oktober. Mogelijk kunnen daardoor onverwachte broedbomen onschadelijk worden gemaakt.


Het belangrijkste symptoom van iepziektebesmetting is in de herfst minder prominent aanwezig en lastiger waar te nemen door de herfstverkleuring

Wat doen we met klasse 3?

Iepencultivars uit resistentieklasse 1 en 2 zijn in principe alleen bruikbaar voor de groene monumentenzorg, oftewel als inboet in bestaande situaties en op kleine schaal uit cultuurhistorisch oogpunt. Maar wat gaan we doen met iepen uit klasse 3? Dat zijn bekende en vertrouwde namen met 'Lobel', 'Dodoens' en 'Plantijn' voorop. Gezien de geschetste toenemende druk van iepziekte door klimaatverandering is er een aanzienlijke kans dat klasse 3-klonen meer dan voorheen zullen uitvallen door iepziekte. Ik denk dat we daar in onze plantplannen al rekening mee moeten houden door ze niet of in veel geringere mate te planten. Dit ten gunste van de goed en hoog-resistente iepen uit klasse 4 en 5, want die zijn er inmiddels voldoende (zie kader).


Conclusies

Klimaatverandering gaat in Europa gepaard met hogere temperaturen. Door warmere herfstweken vliegen iepenspintkevers langer door. Ongemerkt kunnen daardoor veel extra broedbomen ontstaan. Omdat dagen met een temperatuur van circa 20℃ in het voorjaar aanzienlijk vroeger vóórkomen, kunnen we worden verrast door vroege kevervluchten. De verlenging van het keverseizoen zal bijdragen aan een hogere iepziektedruk, waardoor half-resistente klonen als 'Lobel' en 'Dodoens' (resistentieklasse 3) vaker aangetast zullen worden.


Droge en hete perioden stimuleren de disbalans tussen ent en onderstam bij geënte bomen. Hierdoor worden we vaker geconfronteerd met uitgestelde onverenigbaarheid. Het lijkt verstandig om afscheid te nemen van iepencultivars uit klasse 3 ten gunste van het hoog-resistente sortiment uit klasse 4 en 5. Uiteraard kweken, kopen en planten we voortaan alleen nog iepen op eigen wortel!

Voorbeelden cultivars per resistentieklasse

Het resistentieniveau van de verschillende iepencultivars wordt meestal aangegeven met een cijfer van 1 tot en met 5. Daarbij is klasse 1 erg gevoelig voor de iepziekte en klasse 5 hoog-resistent.
Voorbeelden:

Klasse 1 Klasse 2 Klasse 3 Klasse 4 Klasse 5

'Belgica' 'Bea Schwarz' 'C. Buisman' 'Europa' 'Columella'
'Exoniensis' 'Commelin' 'Clusius' 'Fagel' 'New Horizon'
glabra 'Groeneveld' 'Homestead' 'Fiorente' 'Rebella'
minor 'Urban' 'Lobel' 'M. Glossy' TRIUMPH 'Rebona'
'Sarniensis' 'Vegeta' 'Pioneer' 'Nanguen' LUTECE 'Sapporo Autumn Gold'
. . 'Plantijn' 'Plinio' 'Wanoux' VADA
. . . 'San Zanobi' .

Let op: Het verschil tussen klasse 4 en 5 is soms gering. Nieuw geïntroduceerde cultivars worden eerst in klasse 4 opgenomen. Indien er geen spontane iepziektegevallen optreden, verdienen ze op termijn het predicaat hoog-resistent, oftewel klasse 5.

Fladderiep

Na handmatige inoculatie wordt Ulmus laevis altijd ernstig ziek en sterft uiteindelijk af, wat hem in klasse 1 zou plaatsen. Maar de fladderiep heeft een goede veldresistentie (kevers vinden hem niet lekker), waardoor hij de iepziekte meestal ontloopt. Gezien recente iepziektemeldingen bij Ulmus laevis is behoedzame aanplant gewenst. Doormengen dus in plaats van aanplant in grote aantallen.
Dit geldt ook voor Ulmus 'Frontier'. Na inoculatie toont deze zeer heftige verwelkingsreacties, tot het afsterven van de kroon. Vanuit de wortel komt hij vervolgens wel weer met gezonde scheuten terug. Hoe het met de veldresistentie zit, moeten we nog ervaren.




LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Joost
Joost | Bomenkennis
maandag 22 september 2025
Wat fijn Ronnie dat je als uitgesproken iepen deskundige voort gaat in de geest van de grote wetenschapper Hans Heybroek, waaraan we zoveel te danken hebben. Bij boomziektes in welke vorm dan ook is zorgvuldigheid , inzicht, kennis en voorzichtigheid geboden, maar niet achterdocht en verbanning of 'etikettering' noem ik het maar. Ik hoop dat velen dit artikel downloaden
Jos Bos
maandag 22 september 2025
Ronnie, als de Vladderiep het zoveel beter doet waarom al die energie stoppen in die cultivar iepen en geënte bomen?
De vraag is ook zijn eenzame vrijstaande bomen met naakten onderstam /bast veel kwetbaarder? Tov bomen die zichzelf oa tegen zonnebrand kunnen beschermen met beperkte stam/bastgroei?.
Bedankt alvast
Ronnie Nijboer
maandag 22 september 2025
Beste Joost, Hartelijk dank voor je complimenten! Ik ben geen wetenschapper, maar dankzij het lezen van de iepenliteratuur en vooral veel "empirisch onderzoek", oftewel met de voeten in de modder en de neus op de feiten, 25 jaar lang naar iepen kijken in binnen- en buitenland, levert een schat aan praktische informatie op, die ik graag met andere boomliefhebbers deel.
Vergeet niet om ook de podcast te beluisteren !! (de link staat onderaan het artikel) Groeten, Ronnie
Ronnie Nijboer
maandag 22 september 2025
Hallo Jos, interessante reactie. De Fladderiep of Steeliep (haar bloemetjes staan op steeltjes en de zaadjes fladderen in de wind) is een prachtige boom en de derde Europese inheemse iep. Intrinsiek is ze niet resistent; bij inspuiten met de iepziekteschimmel op een proefveld wordt Ulmus laevis ernstig ziek en sterft daarna volledig af. Haar resistentie is gebaseerd op de zgn, veldresistentie, oftewel de iepenspintkevers lusten haar niet. Die vliegen er bij voorkeur omheen, op zoek naar een smakelijker boom. Maar helaas hoor ik de afgelopen paar jaar wel wat meer gevallen van spontane iepziekte onder Fladderiepen. Risico-spreiding blijft van belang en het is beter een mix van hoog-resistente iepen te planten (op eigen wortel natuurlijk!), in plaats van massaal alleen Fladderiepen. Daarnaast is Ulmus laevis minder geschikt als laanboom in verharding, vanwege bladverbranding en bladval bij hete droge periodes. Naakte stammen hebben na verplanten mogelijk (maar steeds vaker bij heet en droog weer) last van bastverbranding, maar dat zijn vooral de soorten met een gladde bast, zoals Acer plat, Alnus, Tilia, e.d. Gelukkig hebben iepen een ruwe bast (in ieder geval de Resista-iepen) en is stambescherming bij 'Fiorente', 'New Horizon' en 'Rebona' niet nodig.

download artikel
tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
Webshop
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER