 |
| Negen dagen oude rupsen vier dagen ná de behandeling met Siltac SF |
Praktijkproef Siltac SF afgerond
dinsdag 28 april 2020
In een eerder artikel in Boomzorg werd de mogelijkheid beschreven van gewasbeschermingsmiddel Siltac SF bij de beheersing van de eikenprocessierups. Willy Duijsens is aan de slag gegaan met het middel om te kijken of de allerkleinste EPR-rupsen zouden sterven bij behandeling met Siltac SF. Inmiddels zijn de eerste resultaten binnen van de praktijkproef.
Duijsens laat vakblad Boomzorg weten: 'We hebben inmiddels een bespuiting uitgevoerd op de jonge eikenprocessierupsen, waarbij we hebben gespoten met twee verschillende concentraties. 1,25 ml en 2,5 ml met 1 liter water. We hebben een bespuiting op vijf dagen oude rupsen gevoerd en op rupsen van negen dagen oud. Conclusie is dat bij een bespuiting met 1,25 ml de rupsen blijven leven. Maar bij een dosering van 2,5 ml gaan alle jonge rupsen dood. Daarbij zien we wel wat necrose op de groene delen.'
De praktijkproeven met Siltac SF op de allerkleinste rupsen zijn dit jaar voor het eerst uitgevoerd. Duijsens monitort al jarenlang voor diverse Limburgse gemeenten wanneer de eikenprocessierups uitkomt en wanneer het bestrijden dus kan beginnen.
 | | Negen dagen oude rupsen, nog in het eerste larve stadium, 8 uur na de behandeling met Siltac SF. |
|
|
Tip de redactie
| REACTIES |
|
Op dat soort middelen moet ook worden gekeken naar de neveneffecten op andere soorten in de eikenbomen in dezelfde periode van toepassing van Siltac.
Omdat men niet exact weet waar de eikenprocessierupsen zijn moet dan de hele boom worden behandeld. Dat betekent dat veel boommieren (nemen veel eikenprocessierupsen mee naar hun nesten), nuttige mijten, spinnen, roofvliegen, roofwantsen en ook vlinder eitjes (zachte eitjes die hard worden zodat de rupsen er niet meer uitkomen) ook worden geraakt.
In een gecontroleerde omgeving heb ik geen moeite met dit middel, maar in openbaar groen wel. Het doodt meer dan je lief is.
Sylvia Hellingman | vrijdag 1 mei 2020
|
|
|
|
Plaats reactie |
|
