Whatsapp Facebook LinkedIn RSS feed

Boomsoorten met rijk strooisel helpen ook verzuurde Veluwse bossen

NIEUWS
Facebook Linkedin Whatsapp
Hanneke Tax, maandag 4 april 2022
119 sec


Uit onderzoek blijkt welke kwartiermakers van nut zijn op de armste zandgronden

Op de droge haarpodzolgronden van de Veluwe is verzuring het moeilijkst tegen te gaan. Toch kunnen rijkstrooiselsoorten ook daar effect hebben. Dat blijkt uit een onderzoek van Bosgroep Midden Nederland.


In bossen op droge zandgronden zoals op de Veluwe, is verzuring de grootste factor in de afname van de vitaliteit van de bossen. Na de droogte van 2018, 2019 en 2020 zijn veel opstanden met fijnspar en lariks op de Veluwe gesneuveld. Rijkstrooiselsoorten zijn boomsoorten die vanuit diepere bodemlagen basische mineralen kunnen opnemen en deze via het daardoor rijke blad en goed verteerbare strooisel weer beschikbaar kunnen maken voor het bodemecosysteem in de hogere bodemlagen. Er komt sneller en meer organisch materiaal in de bodem, waardoor het vasthoudend vermogen van de bodem voor vocht en kationen wordt versterkt, en de bodem inkomend zuur beter kan bufferen. De hoge basenconcentratie in het strooisel stimuleert mogelijk ook de regenwormenbiomassa in de bodem, waardoor het strooisel door diepgravende regenwormen beter in de bodem ingemengd wordt en minder bovenop de humuslaag blijft liggen.

Rijkstrooiselsoorten kunnen basische mineralen uit diepere lagen weer beschikbaar maken voor de hogere boedemlaag

Onderzoek naar holt- en haarpodzolgronden

Er wordt veel onderzoek gedaan naar de waarde van boomsoorten met rijk strooisel. Deze soorten helpen de verzuring van de bosbodem te verminderen en kunnen bossen weerbaarder maken tegen extreme weersomstandigheden. Loes Kampherbeek, projectmedewerker ecologie bij Bosgroep Midden Nederland, onderzocht hoe deze soorten kunnen bijdragen aan revitalisering van bos op de holt- en haarpodzolgronden van de Veluwe.


De Veluwe bestaat grotendeels uit arme zandgrond. In het onderzoek van Loes Kampherbeek lag de focus op de twee meest voorkomende bodemtypes op de Veluwe, namelijk de holt- en haarpodzolgronden. De holtpodzolgronden zijn een kenmerk van de wat rijkere groeiplaatsen die een variabele hoeveelheid leem bevatten. De haarpodzolgronden vormen zeer arme groeiplaatsen; het zijn volledig ontkalkte zandgronden. Beide bodems ondervinden geen invloed van grondwater, waardoor de bossen er volledig afhankelijk zijn van regenwater.

Nutriënten beschikbaar maken in de bovengrond

De bomen moeten nutriënten uit de bodem kunnen halen om deze weer beschikbaar te maken in de bovengrond. Dit kan wanneer diepe bodemlagen aanwezig zijn waarin zich nutriënten bevinden, en diep wortelende boomsoorten hier toegang toe hebben. Of door de schaarse nutriënten die in de bodem aanwezig zijn efficiënt te gebruiken. Voor een goed vestigingsklimaat voor rijkstrooiselsoorten en om nutriënten beschikbaar te maken, is een fijne fractie van leem of klei in de bodem belangrijk.


Soorten voor holtpodzolgronden

Uit onderzoek is gebleken dat de fijne fractie minstens 10% van de bewortelbare zone moet uitmaken of dat in de wortelzone leem- of kleilaagjes aanwezig moeten zijn om een bodemverbeterend effect te krijgen. Op de holtpodzolgronden van de Veluwe is vaak wat leem aanwezig en kunnen de rijkstrooiselsoorten nutriënten opnemen om deze via hun bladval weer beschikbaar te maken in de bovengrond. Op de holtpodzolgronden kan met name de aanplant van boswilg, ruwe berk, ratelpopulier, lijsterbes, veldesdoorn en hazelaar worden overwogen.


Ruwe berk, lijsterbes en ratelpopulier zijn geschikt als kwartiermaker op haarpodzolgronden

Kwartiermakers voor haarpodzolgronden

Op de haarpodzolgronden, waar geen leem aanwezig is, hebben rijkstrooiselsoorten te weinig nutriënten beschikbaar en is de vestiging van rijkstrooiselsoorten moeilijk. Naast de beschikbare nutriënten in de bodem is ook het aandeel rijkstrooisel in de totale bladval van belang om een effect op de bosbodem te verkrijgen. Zo moeten rijkstrooiselsoorten minstens 30% van het grondvlak in een bosopstand uitmaken om genoeg bladstrooisel te produceren om een groot effect op de bodem te krijgen. Kwartiermakers die op de haarpodzolgronden kunnen worden aangeplant zijn bijvoorbeeld ruwe berk, lijsterbes en ratelpopulier.


Bron: Bosgroep Midden Nederland en Gereedschapskist Klimaatslim Bos- en Natuurbeheer.

LEES OOK
Rijk strooisel tegen bodemverzuring
04-11-2021 | NIEUWS
34 sec

LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Martin Tijdgat
Monday 4 April 2022
Rijk strooisel, dus ook geschikte bomen zijn de Steeliep Ulmus laevis en i.v.m. Iepenziekte modernere iepen met resistentie (3), 4 en 5, zoals die te vinden zijn in de herkomstenlijsten in Dendroflora nr. 56 van januari 2021.
Niet voor niets wordt/werd iepenhakhout net als linde e.d. gebruikt om vee mee te voeren. In tal van Aziatische landen is iep ook nu nog voor die functie in gebruik, wat iepenpopulaties ter plaatse laat afnemen en bescherming gewenst is.

tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
De Groene Sector Vakbeurs 2026
dinsdag 13 januari 2026
t/m donderdag 15 januari 2026

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
Webshop
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER